Statenvertaling
Hij verheft den geringe uit het stof, en den nooddruftige verhoogt Hij uit den drek, om te doen zitten bij de vorsten, dat Hij hen den stoel der ere doe beërven; want de grondvesten des aardrijks zijn des HEEREN, en Hij heeft de wereld daarop gezet.
Herziene Statenvertaling*
Hij verheft de geringe uit het stof; uit het vuil verhoogt Hij de arme om hen bij edelen te doen zitten, om hen een erezetel te laten verkrijgen. Want de grondvesten van de aarde zijn van de HEERE en Hij heeft de wereld daarop geplaatst.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Hij heft de geringe op uit het stof, Hij heft de arme omhoog uit het slijk, om hem te doen zitten bij edelen, en een erezetel te doen verwerven. Want de grondvesten der aarde zijn des Heren; Hij heeft daarop het aardrijk gesteld.
King James Version + Strongnumbers
He raiseth up H6965 the poor H1800 out of the dust, H4480 - H6083 and lifteth up H7311 the beggar H34 from the dunghill, H4480 - H830 to set H3427 them among H5973 princes, H5081 and to make them inherit H5157 the throne H3678 of glory: H3519 for H3588 the pillars H4690 of the earth H776 are the LORD'S, H3068 and he hath set H7896 the world H8398 upon H5921 them.
Updated King James Version
He raises up the poor out of the dust, and lifts up the beggar from the dunghill, to set them among princes, and to make them inherit the throne of glory: for the pillars of the earth are the LORD's, and he has set the world upon them.
Gerelateerde verzen
1 Samuël 15:17 | Psalmen 24:2 | Openbaring 22:5 | Job 36:6 - Job 36:7 | Psalmen 104:5 | Openbaring 5:10 | Genesis 41:14 | Daniël 2:48 | Jakobus 2:5 | Daniël 6:3 | Daniël 4:17 | Psalmen 113:7 - Psalmen 113:8 | Openbaring 1:6 | Psalmen 102:25 | Job 42:10 - Job 42:12 | Genesis 41:40 | Job 38:4 - Job 38:6 | 2 Samuël 7:8 | Openbaring 3:21 | Prediker 4:14 | Hebreeën 1:3 | Lukas 1:51 - Lukas 1:52 | Job 2:8